Audiopionier Ray Dolby is donderdag op 80-jarige leeftijd overleden in zijn huis in San Francisco. Dat maakte zijn bedrijf Dolby Laboratories bekend. Ray Dolby verwierf tijdens zijn leven wereldfaam door zijn innovaties op het gebied van geluidssystemen, waarmee hij ruis wist terug te dringen.
Dolby is bij veel consumenten vooral bekend door de naar hem vernoemde audiosystemen, zoals Dolby Surround. ”Hoewel hij in zijn hart een technicus was, waren de prestaties van mijn vader een product van zijn liefde voor muziek en kunst”, liet de zoon van Dolby weten. De Amerikaan won voor zijn prestaties verschillende grote prijzen, zoals een Oscar, een Grammy en twee Emmy’s. De laatste jaren ging zijn toestand achteruit. Dolby werd getroffen door Alzheimer en kreeg in juli te horen dat hij aan leukemie leed.
Audiotechniek
Ray Dolby begon al jong in de audiotechnologie te werken. Toen hij nog op de middelbare school zat, werkte hij al voor Ampex, een bedrijf dat audio- en videorecorders maakt. Daarna studeerde hij elektrotechniek, onder andere aan de Cambridge Universiteit in Groot-Brittannië. Dolby richtte in 1965 in Groot-Brittannië Dolby Laboratories op, waar de ruisonderdrukker en andere audioapparatuur ontwikkeld werden. Zo produceerde Dolby ook een nieuw systeem voor filmgeluid, dat al snel gemeengoed werd in bioscopen. Ook in veel huiskamers zijn systemen van Dolby te vinden, zoals het Dolby Surround System. In 1976 verhuisden Dolby en zijn bedrijf terug naar San Francisco in de Verenigde Staten.
Dolby Noise Reduction
In 1966 introduceerde Dolby het eerste ruisonderdrukkingssysteem voor bandopnames. Deze ruisonderdrukker, Dolby A genaamd, was in feite een frequentie-afhankelijke dynamische compressor die bij opname zachtere passages versterkt en luidere passages ongemoeid laat. Bij afspelen gebeurt het omgekeerde. Op deze manier wordt de signaal/ruisafstand aanzienlijk verhoogd, waardoor de ruisweergave afneemt. Een belangrijk voordeel van Dolby’s compressor ten opzichte van de technieken van concurrenten was dat deze alleen in werking trad bij geluiden die anders zouden worden gemaskeerd door de ruis eigen aan bandrecordertape. Dolby verkocht het product aan platenmaatschappijen. In 1968 ontwikkelde Dolby een versie (type B) voor de consumentenmarkt. Hij verkocht niet rechtstreeks aan particulieren maar gaf producenten tegen een vergoeding het recht van zijn patent gebruik te maken. Dolby B levert een ruisonderdrukking van 9dB op en is speciaal bedoeld voor audiocassettes. In 1980 werd Dolby C ge”introduceerd; een combinatie van de werking van de eerdere Dolby A en B systemen. Dolby C levert een ruisonderdrukking van zo’n 15dB op. In 1982 komt Dolby HX Pro op de markt waarbij niet alleen ruisonderdrukking een rol speelt maar ook dynamiekvergroting wordt bereikt. In tegenstelling tot Dolby A, B en C wordt HX Pro uitsluitend in het opnameproces toegepast.
Dolby Surround
Begin jaren ’80 experimenteerde Dolby met surroundweergave. De eerste vorm hiervan, Dolby Surround, werd in 1982 geintroduceerd. Het systeem maakt gebruik van een op faseverschuiving gebaseerd matrixsysteem dat veel lijkt op het systeem dat begin jaren ’70 werd toegepast bij Quadrafonische SQ codering. Ook Dolby Prologic, de opvolger van Dolby Surround, is gebaseerd op matrix-encodering. Dolby Digital is de digitale opvolger van Dolby Prologic en is gebaseerd op AC3 versleuteling. De eerste Dolby Digital versie, Dolby Digital EX, wordt gezien als het laatste matrix-gebaseerde Dolby systeem. Omdat hier nog steeds gebruik wordt gemaakt van faseverschuiving om de meerkanaals informatie te versleutelen, is hier nog geen sprake van echte 6.1 of 7.1 weergave. De opvolgers Dolby Digital Live, Plus en TrueHD bieden wel discrete versleuteling voor meerkanaals audio tot wel 13 kanalen.
Philips DNL
Ook Philips heeft zich bezig gehouden met de ontwikkeling van ruisonderdrukkingssystemen. Eind jaren zestig werd het DNL (Dynamic Noise Limiter) systeem ontwikkeld. Alhoewel de werking veel overeenkomsten heeft met Dolby A onderscheidt het Philips DNL systeem zich doordat het uitsluitend tijdens de weergave wordt gebruikt; er hoeven dus geen speciale maatregelen te worden genomen bij de opname. Het Philips DNL systeem wordt ingebouwd in vele Philips bandrecorders en cassettedecks, die vaak ook voorzien zijn van het Dolby systeem. De gebruiker kan zelf kiezen welke ruisonderdrukker hij wil gebruiken. Ook produceert Philips een zelfstandig DNL kastje op de markt, de N6720. Dit kastje kan in combinatie met elke willekeurige bron worden aangesloten en toegepast.