Toen een service-klant mij onlangs vroeg om voor hem vier stuks 22RH532 in orde te maken en drie defecte exemplaren in te ruilen, keek ik niet vreemd op. Het komt wel vaker voor dat men meer apparatuur bezit dan men nodig heeft en dan is een dergelijke inruilactie een prima oplossing. Toen hij echter meldde dat één van de in te ruilen 532’s “iets aparts” was, werd ik nieuwsgierig. Inmiddels heeft de genoemde ruil plaatsgevonden en is de besproken 532 MFB box in het MFBfreaks.com hoofdkwartier aangespoeld. En inderdaad, iets aparts is het zeker!
Kast van een 532
De box in kwestie lijkt van buiten sprekend op een gewone 22RH532, ware het niet dat het metalen front vervangen is door het bruine doek dat we ook kennen van de passieve Philips boxen uit de jaren zeventig. Ook is er geen lampje aanwezig in de linker bovenhoek. De grootste verrassing komt echter wanneer het front van de box wordt genomen. In plaats van de bekende 532 configuratie waarbij tweeter, 5″ middentoner en woofer elk een eigen plekje op het klankbord hebben, is het front van deze box ingericht zoals de 22RH544; een dome middentoner is gecentreerd bovenin geplaatst en daaronder bevindt zich de AD8067 MFB woofer met, op blanke metalen beugeltjes gemonteerd, de AD0160 tweeter ervoor.
Huisvlijt of fabriekswerk?
Waar je in eerste instantie zou denken aan zeer zorgvuldige huisvlijt, wijzen alle tekenen bij deze bijzondere box erop dat deze origineel zo gemaakt is. De bekende ronde zwarte viltjes, die het front behoeden voor trillingen, zitten op exact dezelfde plek als bij de 532. Ook de plastic klittebandjes die we zo goed kennen, zijn bij deze box op het klankbord en op het front geniet. Het front zelf is gemaakt van triplex en rondom netjes ingefreesd om het omgeslagen luidsprekerdoek te bevestigen. Op het front van de box is met vetkrijt een Romeinse “I” te zien en diezelfde “I” vinden we ook met potlood aan de binnenkant van het triplex front terug. Het blijkt hier te gaan om een uniek proefexemplaar uit het Philips ontwikkellab, waarvan (waarschijnlijk) geen tweede exemplaar (meer) bestaat. Hoe deze box ooit buiten het laboratorium kon geraken, is een raadsel waarnaar alleen maar gegist kan worden. Volgens Hi-Fi product manager Piet Gouw werden alle proefmodellen, dummies, prototypes en mock-ups van een ontwerp vernietigd zodra de productie eenmaal gestart was. Het ontwikkeltraject was afgerond en er was geen reden meer om deze experimentele apparaten te bewaren. Het is niet ondenkbaar en zelfs hoogst waarschijnlijk dat dit enkele proefmodel MFB box door een medewerker mee naar huis is genomen na afloop van het ontwikkeltraject. Of misschien zelfs uit een container gevist door iemand die er nog wel heil in zag. In elk geval is zeker dat we hier een uniek toestel in handen hebben gekregen.
Middentoner
Het oog wordt direct getrokken naar de middentoner, die we alleen maar kennen van zeer vroege folder-foto’s. De papieren dome wordt niet, zoals bij de bekende middentoners AD0210 en AD0211, door een kunststof ster beschermd maar door een metalen gaasje. Dit is beslist geen productie exemplaar! Het feit dat de typesticker achterop de middentoner “No. 6” vermeldt, bevestigt dat deze deel uit maakt van een beperkte serie die voor onderzoek is gemaakt. Bij losschroeven blijkt ook de bevestiging afwijkend te zijn van de latere productiemodellen. De middentoner zit met vier lange M3 schroeven vast in een aantal inslagmoeren die van onderaf in het klankbord zijn bevestigd. Identieke bevestiging als de woofer in de 532. Daarnaast is de middentoner gemonteerd op een verhoogde ring, waardoor deze samen met de tweeter op één lijn komt te liggen. Dit is ongetwijfeld gedaan om looptijdverschillen te reduceren.
Elektronica
De elektronica van de box bestaat uit een deur van een 22RH532 PL07. Dat betekent dat er tijdens de productie van de 532 gewerkt werd aan de ontwikkeling van een opvolger, wat natuurlijk logisch is. Uit de data in de Service Updates van de 22RH532 blijkt dat de wijzigingen PL01 t/m PL08 hebben plaatsgevonden tussen januari 1975 en februari 1976 dus we kunnen aannemen dat dit ontwikkelmodel, gebaseerd op een PL07 uitvoering van de 532, in die tussenliggende periode tot stand is gekomen. Helaas hebben de 532’s nog geen datum-afhankelijke serienummering, het is dus niet te achterhalen wanneer deze box precies van de band is gerold.
Meerdere proefmodellen
MFB ontwikkelaar Hans Mons herinnert zich deze productiemodellen nog wel. “Dit zou gebruikt kunnen zijn voor een van de vroege experimenten voor de 544. Er zijn toen in een Philips werkplaats beugels voor de tweeter gemaakt om te kijken of deze oplossing bruikbaar was. Die beugels waren inderdaad blank en hadden geen opstaande rand aan de binnenkant zoals de productie exemplaren wel hadden. Dit ziet er voor mij niet uit als huisvlijt. Voor de 544 ontwikkeling hebben we in een vroeg stadium prototypes van de AD0210 gehad.” Overigens is dit niet de eerste keer dat een proefmodel van een MFB box opduikt. Een MFB reparatie collega stuurde mij enkele jaren geleden al de volgende foto’s van een zeer vroege set 22RH544 waarin dezelfde prototype middentoner is gebruikt. De elektronica is wederom een 532 deur, te zien aan de witte printplaat en het ontbreken van de electronica voor de beveiligingsschakeling in de rechter bovenhoek van de print. Deze 544 heeft wel al het bekende afgeronde front met ditto behuizing maar een zeer laag serienummer.
Mogelijk is dit de set die gebruikt werd voor fotografie van de volgende advertentie:
In elk geval blijkt dat hier een aantal zeldzame MFB boxen gered is van de ondergang!
Gaaf Thomas, wat een enorm leuke vondst 🙂
Very interesting ! I wonder if the metal grid in front of the medium has an influence on the sound……..
And what about the electronic parts ? Are they the same as the production ones ?
Hi Pierre, the metal grid does have an influence on the sound, as does the textile front which is used on the later models. At the least, it helps to diffuse the sound waves. If you look at the front parts of the 22RH545 they even have a sticker that reads “removal of this part will disturb the characteristics”…
Hoi Thomas, leuke aanwinst!
Toch zijn er vele prototypes en testexemplaren van Philips verkocht geweest via de Philips personeelswinkel.
Neem bijvoorbeeld de K4 kleuren TV’s. Er zijn er rondom Eindhoven diverse uitgezet voor testuitzendingen.
Daarvan heb ik zelf een exemplaar staan in concoursstaat.
Zo heb ik ook een VLP600 welke op het Natlab heeft gestaan. Hiermee zijn testen gedaan om de goede
samenstelling van de VLP platen te optimaliseren. Die testplaten heb ik er zelfs bij met her en der notities
hoe dik bepaalde lagen zijn. Ook van deze speler is het serienummer erg laag en hij heeft een remote interface
welke officieel alleen in de VLP700 zit. En er zit een gat in de bodem om metingen te verrichten.
Ook van de 150 stuks Philips TX594 proto TV toestellen uit 1949 zijn er nu nog steeds best wat bewaard gebleven.
Het toestel wat in het Rotterdams RTV museum staat is bijvoorbeeld meegenomen door één van de ontwikkelaars.
(Ik meende Kazimir) Leuk om te zien dat de lijntrafo daarin heel herkenbaar is als de voorloper van de TX400/500.
En zo is jouw speaker mogelijk ook buiten de Philips muren terecht gekomen. Natuurlijk heeft Piet Gouw wel gelijk
wat alle probeersels betreft. Welke vaak als een (deel)experiment verder niet bruikbaar meer waren.
Maar er is heel wat buiten de muren van Philips terecht gekomen hoor 🙂 Gelukkig maar! Het geeft een leuk
inzicht in hoe men in die tijd tot de nieuwe producten is gekomen.
Groeten, Roland
Hoi Roland, bedankt voor je reactie! Ik heb inmiddels inderdaad uit diverse bronnen vernomen dat Philips inderdaad vrij makkelijk was met zijn prototypes. Ze gingen met medewerkers mee naar huis of kwamen ergens op de afdeling terecht. Wat een leuk verhaal van jouw VLP600; dat is wel een bijzonder toestel. Zuinig op zijn 🙂